Overslaan en naar de inhoud gaan

RBROT 170723 in een jaar tijd verdwijnt € 600.000 van letselschadeuitkering; en bewindvoerder legt geen rekening en verantwoording af

RBROT 170723 in een jaar tijd verdwijnt € 600.000 van letselschadeuitkering; en bewindvoerder legt geen rekening en verantwoording af

Verloop van de procedure

Op 22 december 2022 is ter griffie het verzoek ontvangen van de bewindvoerder Stichting Centrale Administratie voor Voorzieningen op het Gebied van de Gezondheids- en Welzijnszorg te Zoetermeer, om het bij beschikking door de kantonrechter te Rotterdam d.d. 17 december 2019 ingestelde beperkte bewind over letselschade uitkering van betrokkene op te heffen.

De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 19 april 2023. Partijen zijn zonder bericht van verhindering niet verschenen.

Beoordeling van het verzoek

Bij beschikking van 19 oktober 2020 is [naam] te [plaatsnaam] ontslagen, omdat hij niet aan zijn verplichtingen als bewindvoerder voldeed. Voorts is Stichting Centrale Administratie voor Voorzieningen op het Gebied van de Gezondheids- en Welzijnszorg te Zoetermeer tot bewindvoerder benoemd. Daarnaast is bepaald dat de huidige bewindvoerder uiterlijk op 19 februari 2021 een plan inzake het beheer van de letselschade uitkering diende in te leveren.

In de brief van 7 juni 2021 heeft de huidige bewindvoerder het volgende vermeld:

‘In 1 jaar tijd is er meer dan € 600.000,00 opgemaakt. Er resteert nu nog een saldo van € 175.000,00. [betrokkene] is een tweetal bedrijven gestart’

Vervolgens heeft de huidige bewindvoerder bij brief van 15 december 2022 laten weten dat zij niet in contact kan komen met de voormalige bewindvoerder en dat zij haar taken niet naar behoren kan uitvoeren, omdat betrokkene onvoldoende medewerking verleent. Tot slot heeft de bewindvoerder verzocht om het bewind op te heffen.

De kantonrechter ziet in een en ander aanleiding om opnieuw een zitting te gelasten, die op korte termijn zal worden gehouden, te weten op dinsdag 25 juli 2023 te 14.15 uur. Ter zitting zal onder andere worden besproken:

  • het verdwijnen van ruim € 600.000,- in een periode van slechts één jaar, waarin [naam] als bewindvoerder optrad;
  • het niet afleggen van de eind rekening en verantwoording door de voormalige bewindvoerder [naam];
  • het opheffingsverzoek van de huidige bewindvoerder vanwege gebrek aan medewerking door betrokkene en de voormalige bewindvoerder [naam].

Ter voorkoming van misverstanden wijst de kantonrechter de voormalige bewindvoerder[naam] nu reeds op het volgende.

De bewindvoerder is aansprakelijk voor de schade jegens betrokkene, als de bewindvoerder heeft gehandeld in strijdt met hetgeen van een zorgvuldig handelende bewindvoerder verwacht mag worden, tenzij de tekortkoming hem niet kan worden toegerend (artikel 1:444 BW). Ter zitting zal onder meer aan de orde komen de vraag of de voormalige bewindvoerder is tekortgeschoten in de zorg die van een goed bewindvoerder ten aanzien van het (financiële) bewind mag worden verwacht. Op grond van artikel 1:362 BW, dat ingevolge artikel 1:445 lid 5 BW van overeenkomstige toepassing is bij bewind, kan de kantonrechter ambtshalve de schade vaststellen, die betrokkene door slecht bewind van de voormalige bewindvoerder heeft geleden en de voormalige bewindvoerder tot vergoeding daarvan veroordelen.

De kantonrechter stelt de voormalige bewindvoerder [naam] nog eenmaal in de gelegenheid om ter zitting bij de kantonrechter opheldering te verschaffen over het door hem gevoerde bewind. Indien de voormalige bewindvoerder niet verschijnt, dan zal de kantonrechter ambtshalve in goede justitie de geleden schade moeten schatten op basis van de bekende informatie en zal de voormalige bewindvoerder [naam] worden veroordeeld tot vergoeding daarvan. De kantonrechter vertrouwt erop dat de voormalige bewindvoerder het niet zover zal laten komen. Behoudens in bijzondere omstandigheden zal geen uitstel van de zitting worden gegeven.

Beslissing

De kantonrechter:

gelast een mondelinge behandeling te houden op dinsdag 25 juli 2023 te 14.15 uur, waarbij betrokkene, de voormalige bewindvoerder [naam] en de huidige bewindvoerder worden opgeroepen; ECLI:NL:RBROT:2023:7442