Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Zwolle 240506 eigen schuld fietser met beperkte verstandelijke vermogens

Rb Zwolle 24-05-06 eigen schuld fietser met beperkte verstandelijke vermogens
4.2.  [eiseres] heeft aangevoerd dat een beroep op eigen schuld zijdens [eiseres] reeds afstuit op de omstandigheid dat [eiseres] verstandelijke beperkt is, en wel zodanig dat het bij haar aanwezige verkeersinzicht te vergelijken is met dat van een kind van maximaal 10 jaar oud. Univé heeft dit betwist.

4.3.  Voor zover omtrent de verstandelijke vermogens van [eiseres] al voldoende zou zijn gesteld om aan te nemen dat zij over het verkeersinzicht van een tienjarige zou beschikken, merkt de rechtbank op dat dit beroep reeds om de volgende reden niet kan slagen. De regel welke in de rechtspraak van de Hoge Raad is aanvaard voor aanrijdingen tussen een motorrijtuig en een niet door dat motorrijtuig vervoerd kind dat de leeftijd van veertien jaar nog niet heeft bereikt (HR 1 juni 1990, NJ 1991, 720 en HR 31 mei 1991, NJ 1991, 721) is een vaste regel (vgl. ook HR 28 febr. 1992, NJ 1993, 566). Hiermee strookt niet deze regel ook toe te passen in het geval de betrokkene de leeftijd van veertien jaar heeft bereikt, maar zich qua ontwikkeling niet wezenlijk onderscheidt van een kind beneden de leeftijd van veertien jaar (vgl. Hoge Raad, 24-12-1993, NJ 1995, 236).
LJN AY5749