Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Amsterdam 241013 kosten begroot op 13.10 uur x € 200,00 + 6% + 21%, totaal € 3.634,40

Rb Amsterdam 241013 val tijdens wielertocht; verhoogde aansprakelijkheidsdrempel van toepassing; geen aansprakelijkheid;
- kosten begroot op 13.10 uur x € 200,00 + 6% + 21%, totaal € 3.634,40

Kosten deelgeschil

4.10.
[verzoeker] verzoekt de rechtbank de kosten van dit deelgeschil op de voet van artikel 1019aa Rv te begroten en [verweerders] en Delta Lloyd te veroordelen in deze kosten. [verzoeker] heeft met zijn advocaat afgesproken dat in het geval de aansprakelijkheid van [verweerders] in dit deelgeschil niet wordt vastgesteld, aan hem een laag tarief in rekening zou worden gebracht, maar hij heeft niet gesteld welk tarief dit was. Indien de aansprakelijkheid wel zou worden aangenomen, zou [verzoeker] een tarief van € 250,00 per uur betalen. [verzoeker] verzoekt begroting van de kosten op 11.40 uur, vermeerderd met de duur van de mondelinge behandeling, 6% kantoorkosten, btw en € 274,00 aan griffierecht.
[verweerders] en Delta Lloyd stellen primair dat indien de rechtbank aansprakelijkheid afwijst, het verzoek om vergoeding van de kosten geheel moet worden afgewezen. Indien de rechtbank desondanks overgaat tot begroting van de kosten, verzetten [verweerders] en Delta Lloyd zich niet tegen het aantal in rekening gebrachte uren, maar wel tegen de hoogte van het uurtarief van € 250,00. Zij achten een tarief van € 200,00 redelijk.

4.11.
De rechtbank overweegt dat op de voet van artikel 1019aa Rv in beginsel begroting dient plaats te vinden van de kosten die [verzoeker] heeft gemaakt in het kader van de deelgeschilprocedure. Daarbij dient de rechter de zogenaamde dubbele redelijkheidstoets te hanteren: het dient redelijk te zijn dat deze kosten zijn gemaakt en de hoogte van deze kosten dient eveneens redelijk te zijn. Dit betekent dat indien een deelgeschilprocedure volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld, de kosten daarvan niet voor vergoeding in aanmerking komen. Daarvan is in het onderhavige geval echter geen sprake. De rechtbank zal derhalve overgaan tot begroting van de kosten van de behandeling van het verzoek op de voet van artikel 1019aa Rv. Wat het uurloon betreft doet zich thans de situatie voor waarin de rechtbank geen aansprakelijkheid vaststelt, zodat [verzoeker] een laag tarief in rekening zal worden gebracht. Nu evenwel niet is gesteld welk tarief dat is, zal de rechtbank uitgaan van het tarief dat door de wederpartij als redelijk is beoordeeld.

4.12.
Het voorgaande in aanmerking nemend zal de rechtbank de kosten van deze procedure begroten op 13.10 uur x € 200,00 + 6% kantoorkosten + 21% btw = € 3.360,40 + € 274,00 griffierecht = € 3.634,40. Nu de rechtbank heeft geoordeeld dat geen sprake is van aansprakelijkheid van [verweerders] en Delta Lloyd, zal de verzochte kostenveroordeling worden afgewezen. ECLI:NL:RBAMS:2013:7079