Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Den Haag 081215 kosten gevorderd € 5.778, toegewezen 15 uur x € 240 + 6% + twee uur reistijd x € 120 + btw + griffierecht, totaal € 4.840,56

Rb Den Haag 081215 bezwaren tegen rapport neuroloog falen; het had op de weg van gedaagde gelegen om contra-expertise in te brengen 
– tegenverzoek tot het gelasten van een deskundigenonderzoek valt buiten het toepassingsbereik van de deelgeschilprocedure 

- kosten gevorderd € 5.778, toegewezen 15 uur x € 240 + 6% + twee uur reistijd x € 120 + btw + griffierecht, totaal € 4.840,56

vervolg op: rb-alkmaar-230212-verzoek-deskundigenbericht-in-strijd-met-goede-procesorde-te-zeer-twijfelachtig-of-verzoek-kan-bijdragen-aan-waarheidsvinding

Verzoek en tegenverzoek

4.18.
Nu het verzoek vatbaar is voor toewijzing, komen op grond van artikel 1019 aa Rv de kosten van rechtsbijstand die [verzoekster] heeft gemaakt in verband met de behandeling van het verzoek in aanmerking voor vergoeding, voor zover voldaan is aan de in artikel 6:96 lid BW vervatte dubbele redelijkheidstoets. [verzoekster] vordert vergoeding van een bedrag van € 4.550 ex btw en ex 6 % kantoorkosten, in totaal derhalve een bedrag van € 5.778). Met het Maartenhuis c.s. acht de rechtbank een uurtarief van € 240 gelet op de aard en complexiteit van de zaak redelijk. Ter zitting heeft mr. Zwartjens een specificatie van haar vordering overgelegd. Daaruit blijkt dat sinds 15 december 2014 in totaal 22,42 uren in het dossier is geschreven. Gelet op die specificatie acht de rechtbank dat mr. Zwartjens geacht moet worden in redelijkheid kosten te hebben moeten maken van dertien uur aan voorbereidingstijd, te vermeerderen met twee uur voor de zitting, derhalve 15 uur x € 240 + 6% kantoorkosten, derhalve € 3.816, en twee uur reistijd tegen een tarief van 50 %, derhalve € 120, te vermeerderen met 21 % btw, hetgeen resulteert in een bedrag van € 4.762,56. Een en ander leidt, inclusief griffierecht van € 78, tot een vergoeding van € 4.840,56. Het Maartenhuis c.s. zullen hoofdelijk in deze kosten worden veroordeeld. ECLI:NL:RBDHA:2015:14675