Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Den Haag 280416 kosten gevorderd obv 28,5 uur, toegewezen obv 18 uur x € 250 + 7% + 21% + griffierecht, totaal € 6.033

Rb Den Haag 280416 ongeval snorscooter en rechtsafslaande automobilist; lezing automobilist komt niet overeen met proces-verbaal; volledig aansprakelijk;
- kosten gevorderd obv 28,5 uur, toegewezen obv 18 uur x € 250 + 7% + 21% + griffierecht, totaal € 6.033

4.14.

Mr. Arslan verzoekt de aan de behandeling van het verzoek verbonden kosten te begroten op een bedrag van € 7.125, te vermeerderen met 7% kantoorkosten, BTW en het door [verzoeker] betaalde griffierecht. Daarbij is hij, onder verwijzing naar de als productie 7 overgelegde specificatie, uitgegaan van een tijdsbesteding van 28,5 uur en een uurtarief van € 250.

4.15.
Nationale Nederlanden c.s. maken bezwaar tegen het gestelde aantal aan de zaak bestede uren. Zij achten een vergoeding van 16,6 uur redelijk, waarbij zij voor het opstellen van het verzoekschrift 4,5 uur aanhouden, voor de correspondentie met de rechtbank 0,2 uur en voor de overige uren vanaf 1 februari 2016 11,9 uur.

4.16.
Ingevolge artikel 1019aa lid 1 Rv dient de rechtbank de kosten bij de behandeling van het verzoek aan de zijde van de persoon die schade door dood of letsel lijdt te begroten, waarbij alle redelijke kosten als bedoeld in artikel 6:96 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek in aanmerking worden genomen. Hierbij dient de dubbele redelijkheidstoets gehanteerd te worden: het dient redelijk te zijn dat de kosten zijn gemaakt en de hoogte van de kosten dient eveneens redelijk te zijn.

4.17.
De rechtbank is van oordeel dat de kosten in redelijkheid zijn gemaakt, nu deze zijn gemaakt om een tussen partijen gerezen geschilpunt te laten beslechten zodat zij buitengerechtelijk tot een vergelijk kunnen komen.

4.18.
De rechtbank is - met Nationale Nederlanden c.s. - van oordeel dat het aantal opgevoerde uren, gezien de omvang en inhoud van het verzoekschrift en de mate van complexiteit van het deelgeschil, bovenmatig is. Wel houdt de rechtbank rekening met de omstandigheid dat mr. Arslan in deze zaak meer dan gemiddeld tijd heeft moeten besteden aan correspondentie met zijn cliënt, Nationale Nederlanden en de politie vanwege de aanvankelijke weigering van Nationale Nederlanden de zaak in behandeling te nemen - omdat [verweerder2] de zaak niet heeft gemeld bij Nationale Nederlanden - en vervolgens de weinig meewerkende houding van Nationale Nederlanden tot het indienen van het verzoekschrift. Immers, pas na het indienen van het verzoekschrift is Nationale Nederlanden de zaak gaan onderzoeken en heeft zij contact opgenomen met haar eigen cliënt, [verweerder2] . De rechtbank acht het redelijk om het aantal aan de zaak bestede uren te matigen tot 18 uur in totaal. Gezien het voorgaande zal de rechtbank de kosten begroten op een totaalbedrag van € 6.033 (18 uur x € 250), vermeerderd met een kantooropslag van 7% en BTW van 21% en voorts vermeerderd met het betaalde griffierecht van € 207).

4.19.
Nu, zoals hiervoor is overwogen, [verweerder2] - en Nationale Nederlanden als zijn WAM-verzekeraar - volledig aansprakelijk zijn voor de gevolgen van het [verzoeker] overkomen ongeval, komen de kosten van dit deelgeschil voor rekening van Nationale Nederlanden c.s. Het door [verzoeker] gedane verzoek zoals opgenomen onder 2.1 2 van de beschikking van de kantonrechter van 10 februari 2016 is dan ook toewijsbaar. ECLI:NL:RBDHA:2016:4718