Overslaan en naar de inhoud gaan

RBNHO 221020 verzocht 25 uren x € 205,-; begroot, niet toegewezen, 20 uur x € 205,- + BTW = € 4961,00

RBNHO 221020 handletsel na gebruik boksbalautomaat op kermis; Bewijslevering nodig tav aansprakelijkheid. Zaak leent zich niet voor deelgeschil.
- verzocht 25 uren x € 205,-; begroot, niet toegewezen, 20 uur x € 205,- + BTW = € 4961,00

Kosten van het deelgeschil

4.8.
De rechtbank dient op grond van artikel 1019aa lid 1 Rv de kosten van de procedure te begroten en daarbij alle redelijke kosten als bedoeld in artikel 6:96 lid 2 BW in aanmerking te nemen, ook indien een verzoek niet volledig wordt toegewezen.

Bij de begroting van de kosten dient de rechtbank de dubbele redelijkheidstoets te hanteren; zowel het inroepen van de rechtsbijstand als de daarvoor gemaakte kosten moeten redelijk zijn. Dit betekent dat indien een deelgeschilprocedure volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld, de kosten daarvan niet voor vergoeding in aanmerking komen. De rechtbank is van oordeel dat in dit geval van laatstgenoemde situatie geen sprake is en zal dan ook overgaan tot begroting van de kosten.

4.9.
[eiser] maakt aanspraak op een bedrag van € 6.201,25 inclusief btw, gebaseerd op 25 uren à € 205,- per uur exclusief btw en daarnaast op het verschuldigde griffierecht ad € 304,-. FJB en Nationale Nederlanden verzetten zich niet tegen het gehanteerde uurtarief, maar wel tegen de bestede tijd. Gelet op het ruime aantal uren dat is besteed aan het opstellen van het verzoekschrift, acht de rechtbank het aantal uren dat daarnaast nog is besteed aan de voorbereiding van de zitting, de zitting inclusief voor- en nabespreken en reistijd en correspondentie met verschillende partijen, onredelijk hoog. De rechtbank acht het redelijk om voor deze procedure rekening te houden met een tijdsbesteding van in totaal 20 uur. De 5 uur die boven deze begroting nog is besteed aan de zaak zal de rechtbank buiten beschouwing laten. Het gehanteerde tarief van € 205,- per uur komt de rechtbank niet onredelijk voor.

4.15.
Gezien het voorgaande zal de rechtbank de kosten van deze procedure in redelijkheid begroten op een bedrag van € 4.100,- (20 uur x € 205,-) te vermeerderen met 21% btw en met het betaalde griffierecht van € 304,-.

4.10.
Omdat in deze deelgeschilprocedure de aansprakelijkheid niet is vastgesteld, is er geen grond voor een veroordeling tot betaling van de begrote kosten, zodat het verzoek daartoe zal worden afgewezen. ECLI:NL:RBNHO:2020:8479