Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Zwolle 170506 whiplash; slachtoffer dient patientenkaart over te leggen

Rb Zwolle 170506 whiplash; slachtoffer dient patientenkaart over te leggen
4.10.  Tussen partijen staat nog ter discussie of [eiseres] gehouden is haar patiëntenkaart aan de deskundige en aan de medisch adviseur van [gedaagde] beschikbaar te stellen. De rechtbank overweegt dienaangaande als volgt.

Het gaat bij het antwoord om de vraag of [eiseres] haar patiëntenkaart dient af te geven om een afweging tussen twee grondrechten, het recht op een eerlijk proces, meer specifiek het recht op “equality of arms” en het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Het is niet mogelijk om deze rechten in abstracto tegen elkaar af te wegen. Per geval zal een afweging moeten worden gemaakt. Daarbij spelen factoren als de hoogte van de schadeclaim, de (gestelde) duur van de gestelde klachten en aanwijzingen voor het bestaan van een relevante medische voorgeschiedenis een belangrijke rol. De uitkomst van de afweging zal in elk geval dienen te voldoen aan de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit. Bij het bepalen van het gewicht dat aan een bepaald belang wordt toegekend, is daarmee onder meer relevant of aan dit bepaalde belang op een andere, minder ingrijpende manier tegemoetgekomen kan worden.

De rechtbank stelt vast dat [eiseres] een vordering van een aanzienlijke omvang heeft ingesteld. Die vordering is gebaseerd op de stelling dat zij alleen vanwege het ongeval blijvend arbeidsongeschikt is geworden en daardoor forse inkomensschade lijdt. [gedaagde] heeft voldoende gemotiveerd gesteld dat de klachten van [eiseres] mogelijk mede het gevolg zijn van niet ongevalgerelateerde gebeurtenissen. Om die -niet uit de lucht gegrepen- stelling van [gedaagde] te kunnen beoordelen, is een onderzoek naar de volledige medische voorgeschiedenis van [eiseres] onontkoombaar. De rechtbank verwijst naar hetgeen zij daarover in rechtsoverweging 4.6 heeft overwogen. De deskundige zal dan ook dienen te beschikken over de volledige medische informatie van [eiseres]. Om de bevindingen van de deskundige, mede naar aanleiding van de volledige informatie, te kunnen beoordelen, en indien nodig te weerleggen, dienen partijen ook te beschikken over die informatie. [eiseres] beschikt over die informatie, [gedaagde] niet. Dat betekent dat [gedaagde] in haar processuele positie ten opzichte van [eiseres] een relevante kennisachterstand heeft. Dat klemt temeer nu [eiseres] een fors bedrag van [gedaagde] claimt. Onder die omstandigheden komt aan het belang van [gedaagde] bij inzage in de volledige medische informatie meer gewicht toe dan aan het belang van [eiseres] bij het achterhouden van deze persoonlijke informatie. In dit kader is van belang dat gesteld noch gebleken is dat [gedaagde] zonder goede reden haar vragen heeft bij het causale verband. Er is geen sprake van een “fishing expedition”. Er is evenmin aanleiding om te veronderstellen dat [gedaagde] misbruik zal maken van de door haar verkregen informatie, bijvoorbeeld door aan de hand van die informatie allerlei chicaneuse causaliteitsverweren te voeren.

De slotsom is dat [eiseres] haar patiëntenkaart dient op te vragen bij haar huisarts en deze zowel aan de deskundige(n) als aan [gedaagde] beschikbaar dient te stellen.
LJN BA8548