Overslaan en naar de inhoud gaan

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba 051016 blijvende beperkingen na enkelbreuk; tzv smartengeld geen onderscheid tussen bedragen in Aruba en Nederland; Afl 32.500,00 (circa € 16.100,00)

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba 051016 blijvende beperkingen na enkelbreuk; tzv smartengeld geen onderscheid tussen bedragen in Aruba en Nederland; Afl 32.500,00 (circa € 16.100,00)

vervolg op: gerecht-in-eerste-aanleg-van-aruba-160316-letsel-inhalende-motorrijder-door-linksafslaande-auto-automobilist-90-aansprakelijk

2. DE VERDERE BEOORDELING VAN HET GESCHIL

2.1
Voorafgaand aan de comparitie van partijen hebben partijen op gemeenschappelijk verzoek een rapport laten opmaken door de verzekeringsgeneeskundige Badloe en de arbeidsdeskundige Schendzielorz, beiden verbonden aan Medwork te Aruba. Uit die rapportages leidt het Gerecht het volgende af.

2.2
De verzekeringsgeneeskundige heeft in zijn rapport van 24 mei 2016 op basis van het door hem verrichte onderzoek en bestudering van de medische gegevens onder meer het volgende vermeld:
“…
Diagnose:
Status na luxatie van de rechter enkel welke operatief is behandeld middels osteosynthese materiaal.
Algemene beschouwing: 
Betrokkene is een ongeval overkomen op 12-11-2014 en heeft daarbij klachten en beperkingen overgehouden van zijn rechter enkel. …Hij klaagt over toename van de pijn en zwelling van het gewricht waardoor hij beperkt is in het lang lopen en staan. Bij het lopen op oneffen terrein moet hij oplettend zijn om niet te struikelen….
Weging en oordeel:
In het beoordelingsgesprek werd … een verminderde functie van de rechter enkel aanwezig geacht. Betrokkene heeft beperkingen in privé opzicht, sociaal opzicht en voor zijn werk in de bouw. Het lichamelijk onderzoek, aangevuld met beeldvormend onderzoek en overleg met dr. [X], bevestigen de afwijkingen waardoor de klachten en beperkingen zijn ontstaan en voortduren. De prognose is dat de klachten en beperkingen niet zullen afnemen. Er zal eerder rekening moeten worden gehouden met degeneratieve afwijkingen van het gewricht.
Duurzaam benutbare mogelijkheden: hij is beperkt in zijn mobiliteit onder andere zijnde lang lopen en staan (langer dan 45 minuten tot een uur), lopen op oneffen terrein, trappen lopen, klimmen en hurken”.
Het percentage invaliditeit wordt door de deskundige gesteld op 22% van de onderste extremiteit en op 9% van de gehele mens.
Ten behoeve van de arbeidsdeskundige is blijkbaar een FML opgesteld, maar dat bevindt zich niet bij de overgelegde stukken.

2.3
In het rapport van de arbeidsdeskundige van 16 augustus 2016 is onder meer opgenomen:
“…
c. Opleidingen: Lager onderwijs; Bachilleratoe (m.d.); cursus lasser en bankwerker. On the job geleerd: schilderen, tegelzetten, loodgieters- en constructiewerk.
Rijbewijs: ABCD

d. Arbeidsverleden:
In Colombia gewerkt als bankwerker en lasser. Sedert 1994 in Aruba: (via subcontractors) loodgieter bij constructie Marriott, stellagebouwer bij WEB (1995-1996), bij Valero (tot sluiting in 2008)… 2008-20013 Tamarijn en Divi: maintenance.

2.5
Conclusie: De belasting in de eigen functie gaat de belastbaarheid van belanghebbende op de volgende punten te boven:
Tillen of dragen; duwen of trekken, frequent zware lasten hanteren tijdens het werk, staan en lopen achtereen, klimmen, knielen of gehurkt aktief zijn.

3. 
Beschouwing:

…Wegens zijn beperkingen kan hij zijn functie van stellagebouwer niet meer doen. ook het werken in de constructie is niet geschikt voor hem. Wel is hij geschikt voor werkzaamheden waarbij rekening wordt gehouden met zijn beperkingen en opleiding. Momenteel vervoert hij als zelfstandige, 2 keer per week met een kleine truck fruit van barcadera naar verschillende afnemers.
Functies die voor hem geschikt zijn zijn o.a.: parkeerwachter, truckdriver blokki, truckdriver containers, etc., concierge/huismeester, deliveryman lichte producten (bv. medicijnen, paperproducts, brood etc.) driver fastdelivery, portier.

6. 
Conclusie en advies:

Belanghebbende is ongeschikt voor zijn functie
Hij is geschikt voor passend werk.
Het arbeidsongeschiktheidspercentage is 0%.
…”.

2.4
Uit de door Eiser overgelegde stukken blijkt dat zijn inkomen in de jaren voorafgaand aan het ongeval min of meer stabiel zijn geweest en circa Afl. 1.925,00 bruto per maand bedroeg. Ter zitting heeft hij verklaard dat het bezorgen van fruit afhankelijk is van het aanbod en dat hij daarmee ongeveer Afl. 700,00 bruto per maand verdient. Hoewel Eiser zijn arbeidsperspectief in forse zin ziet aangetast, heeft hij verklaard dat hij verwacht dat hij op termijn weer volledig kan werken en min of meer hetzelfde als voorheen kan verdienen.

2.5
Tegen deze achtergrond hebben partijen na een schorsing van de zitting laten weten dat zij de schadepost wegens verlies aan verdienvermogen gezamenlijk hebben vastgesteld op Afl. 40.629,00 op basis van 100%, zodat aan Eiser nog wordt betaald Afl. 36.566,10. Nagico heeft vervolgens verklaard dat zij in verband met de reeds betaalde voorschotten ad Afl. 30.000,00, nog een bedrag van Afl. 6.566,10 zal voldoen, waarmee deze schadepost is afgewikkeld. Partijen hebben verklaard over dit punt geen verdere beslissing van het Gerecht verlangen. In dit licht zal het Gerecht ook geen oordeel meer geven over de akte vermindering eis (die verband hield met een tussentijds betaald voorschot).

2.6
Eiser heeft ter zitting verklaard dat hij naast het verlies aan verdienvermogen alleen nog de post smartengeld vordert. Het resterende geschil is volgens partijen daartoe beperkt. Eiser heeft een bedrag van Afl. 60.000,00 gevorderd en Nagico heeft gesteld dat een bedrag van Afl. 13.000,00 redelijk is. Omdat partijen over het smartengeld geen overeenstemming hebben bereikt, verlangen zij hierover een oordeel van het Gerecht.

2.7
Eiser heeft aansluiting gezocht bij de in Nederland geldende bedragen en zich gebaseerd op uitspraken in de Smartengeldgids. Nagico heeft dat ook gedaan, maar zij heeft ter zitting ook betoogd dat de in Nederland geldende bedragen naar Arubaanse maatstaven te hoog zijn. Zij baseert dat op de volgens haar lagere levensstandaard in Aruba ten opzichte van Nederland. Daartoe overweegt het Gerecht het volgende.

2.8
Hoewel er een onderscheid is tussen de Arubaanse en Nederlandse maatschappij en er op sommige terreinen, maar zeker niet alle, sprake is van een verschil in levensstandaard, is dat argument alleen niet doorslaggevend. Primair gaat het om compensatie voor de aantasting van het lichaam van het slachtoffer en dan maakt het niet direct iets uit waar die aantasting plaatsvindt. Daarnaast kan aan het smartengeld ook een genoegdoeningsfunctie worden toegekend en niet gebleken is dat daaraan in Aruba een andere waardering moet worden gegeven. Daarbij komt dat het Arubaanse recht sterk georiënteerd is op het Nederlandse, en veel contractuele en buitencontractuele normen gelijk worden geïnterpreteerd. Ten slotte kent het Gerecht gewicht toe aan de omstandigheid dat het sociale vangnet in Aruba beduidend minder is dan in Nederland. In zoverre doet de maatschappij in Aruba sneller een beroep op de zelfredzaamheid van haar burgers. Niet valt in te zien waarom dat in het voordeel van Nagico zou moeten uitwerken. Het Gerecht is dan ook van oordeel dat geen onderscheid bestaat tussen de in Nederland geldende bedragen en die welke hier te lande moeten toegekend. Het Gerecht zal dan ook aansluiting zoeken bij de in Nederland toegekende bedragen. Ten aanzien van de omstandigheden die voor de hoogte van het toe te kennen bedrag van belang zijn, overweegt het Gerecht het volgende.

2.9
Uit de door de deskundigen uitgebrachte rapportages blijkt dat het ongeval tot blijvend letsel heeft geleid, in die zin dat Eiser beperkt is in het gebruik van zijn rechter been. Dat heeft niet alleen consequenties voor zijn loonvormende arbeid, maar ook voor alledaagse activiteiten. Ter zitting heeft hij verklaard dat hij bij iedere stap aan het letsel wordt herinnerd en ook zijn beperkingen ervaart. Het Gerecht kan zich dat goed voorstellen. Uit de rapportage van de verzekeringsarts blijkt ook dat op termijn een verslechtering is te verwachten, verband houdend met degeneratieve afwijkingen van het gewricht. Het Gerecht neemt mee in zijn afweging dat het opleidingsniveau van Eiser betrekkelijk gering is en dat hij bij vervangende arbeid steeds aangewezen zal zijn op min of meer lichamelijke belasting, ook van het getroffen been. Dit zal hem mogelijk niet hinderen in zijn verdienvermogen, maar aannemelijk is dat hij bij zijn vervangende arbeid toch ook beperkingen blijft ondervinden van het letsel en dat dit in de toekomst niet zal afnemen.

2.10
De aard van de aansprakelijkheid noopt niet tot terughoudendheid ten aanzien van de begroting van deze post. Er is sprake geweest van de schending van een verkeers- en veiligheidsnorm die in overwegende mate aan de verzekerde van Nagico is toe te rekenen.

2.11
Het Gerecht acht, rekening houdend met al deze omstandigheden, een smartengeld van Afl 32.500,00 (circa € 16.100,00) op basis van 100% passend en Nagico zal veroordeeld worden tot betaling van 90% dit bedrag, te weten Afl. 29.250,00.

2.12
Eiser heeft de wettelijke rente gevorderd vanaf 12 november 2014. Nagico heeft daartegen geen specifiek verweer gevoerd. Omdat Nagico heeft aangegeven dat zij de betaalde voorschotten in mindering zal brengen op het onderling geregelde verlies aan verdienvermogen, zal het Gerecht haar veroordelen tot betaling van de wettelijke rente over het gehele bedrag aan smartengeld.

2.13
Nagico zal als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de kosten worden veroordeeld. ECLI:NL:OGEAA:2016:664