Overslaan en naar de inhoud gaan

RBROT 261121 Beschikking benoeming deskundige (orthopedisch chirurg), IWMD Vraagstelling met aanvulling

RBROT 261121 Beschikking benoeming deskundige (orthopedisch chirurg), IWMD Vraagstelling met aanvulling

in vervolg op:
RBROT 201219 ongeval met heftruck en natuurstenenplaten van 105 kg; eindvonnis; werkgever aansprakelijkonvoldoende toezicht op gebruik heftruck

2.
De feiten

2.1
Op 14 november 2017 is [verzoeker] tijdens de uitvoering van zijn werkzaamheden bij [verweerder 1] een arbeidsongeval overkomen. Het linkerbeen van [verzoeker] is daarbij onder een composieten plaat terechtgekomen, als gevolg waarvan hij een dubbele onderbeenbreuk en een enkelfractuur links heeft opgelopen. [verzoeker] is vervolgens operatief behandeld.

2.2
Bij vonnis van 20 december 2019, zaaknummer 7083954 / CV EXPL 18-30418, heeft de kantonrechter onder meer voor recht verklaard dat [verweerder 1] en haar vennoten op grond van artikel 7:658 BW ieder hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de materiële en immateriële schade die [verzoeker] als gevolg van het arbeidsongeval op 14 november 2017 heeft geleden en nog zal lijden, nader op te maken bij staat.

3.
Het verzoek en het verweer

3.1
[verzoeker] verzoekt de kantonrechter bij beschikking, uitvoerbaar bij voorraad:
1. een deskundigenonderzoek te bevelen;
2. als deskundige te benoemen: Orthopedisch chirurg [naam 1] te Rotterdam en/of (een) daartoe door de rechtbank aan te wijzen perso(o)n(en) en aan deze(n) op te dragen de in het verzoekschrift geformuleerde vragen, althans de door de rechtbank te formuleren vragen te beantwoorden en daaromtrent schriftelijk verslag uit te brengen;
3. te bepalen dat het voorschot op de kosten van het deskundigenonderzoek ten laste van verweerders dienen te worden gebracht;
4. verweerders te veroordelen in de kosten van deze procedure.

3.2 [verweerder 1] kan instemmen met het verzoek een deskundige te benoemen, maar verzet zich tegen de benoeming van de door [verzoeker] voorgestelde orthopedisch chirurg als deskundige.

4.
De beoordeling

4.1
Het verzoek, dat op de wet is gegrond, kan worden toegewezen als na te melden.

4.2
Aangezien [verweerder 1] niet heeft ingestemd met de door [verzoeker] voorgestelde deskundige en partijen geen overeenstemming hebben kunnen bereiken over een andere deskundige, heeft de griffier [naam 2], orthopedisch chirurg bij het [naam ziekenhuis] te [plaatsnaam], benaderd met de vraag of hij bereid en beschikbaar is om als deskundige te worden benoemd. [naam 2] heeft vervolgens bevestigd dat hij daartoe bereid en in staat is.

4.3
Op 10 november 2021 heeft de griffier het voornemen tot benoeming van [naam 2] en de hoogte van de door hem begrote kosten aan partijen voorgelegd, waarna de gemachtigde van [verzoeker] de griffier heeft bericht dat [verzoeker] daarmee akkoord gaat. Van de zijde van [verweerder 1] is, ondanks herinnering van 17 november 2021 waarbij is vermeld dat bij gebreke aan een reactie de kantonrechter ervan uitgaat dat er wordt ingestemd met het voorstel, niet op het voornemen gereageerd. De kantonrechter gaat er dan ook vanuit dat [verweerder 1] eveneens akkoord gaat met de benoeming van deze deskundige.

4.4
Tijdens de mondelinge behandeling hebben partijen overeenstemming bereikt over de aan de deskundige te stellen vragen overeenkomstig de IWMD Vraagstelling causaal verband bij ongeval alsmede twee aanvullende vragen. Deze vragen, zoals hieronder in de beslissing vermeld, zullen dan ook worden voorgelegd aan de deskundige.

4.5
de kantonrechter ziet in het feit - zoals in het vonnis van de kantonrechter van 20 december 2019 is vastgesteld - dat [verweerder 1] aansprakelijk is voor de schade als gevolg van het arbeidsongeval en de kosten voor het vaststellen van de schade dan ook voor rekening van de aansprakelijke partij komen, aanleiding [verweerder 1] - in afwijking van artikel 195 Rv - met het voorschot ter zake van de kosten van de deskundige te belasten. [naam 2] heeft aangegeven dat hij op basis van een inschatting van de te besteden tijd en het uurtarief van € 272,25 inclusief btw een voorschot zal vragen van € 2.500,- inclusief btw. Het voorschot zal dan ook op dit bedrag worden bepaald.

4.6
De kantonrechter wijst erop dat partijen wettelijk verplicht zijn om mee te werken aan het onderzoek door de deskundige. De kantonrechter zal deze verplichting uitwerken zoals nader onder de beslissing omschreven. Wordt aan een van deze verplichtingen niet voldaan, dan kan de kantonrechter daaruit de gevolgtrekking maken die zij geraden acht, ook in het nadeel van de desbetreffende partij.

4.7
Indien een partij desgevraagd of op eigen initiatief schriftelijke opmerkingen en verzoeken aan de deskundige doet toekomen, dient zij daarvan terstond afschrift aan de wederpartij te verstrekken.

4.8
De rechtbank ziet in het feit dat [verweerder 1] hoofdelijk aansprakelijk is voor de materiële en immateriële schade als gevolg van het bedrijfsongeval, aanleiding [verweerder 1], eveneens hoofdelijk, te veroordelen in de kosten van de onderhavige procedure.

5.
De beslissing

De kantonrechter:

beveelt een deskundigenonderzoek ter beantwoording van de volgende vragen:

(volgt IWMD-vraagstelling, red. LSA LM)

Aanvullende vragen:

b. Indien uw beroepsrichtlijn afwijkt van dat wat uit de klinische praktijk als algemeen bekend en/of internationaal wetenschappelijk gezien bekend mag worden verondersteld binnen uw vakgebied, wordt u verzocht binnen dat kader ook in te gaan op die klachten, symptomen, afwijkingen bij onderzoek, letsels die u opgemerkt heeft.
c. Indien u bepaalde gezondheidsklachten niet betrokken heeft bij de bepaling van de mate van blijvende invaliditeit en / of beperkingen, wordt u verzocht expliciet aan te geven om welke gezondheidsklachten het gaat en wat de reden is dat u die gezondheidsklachten niet heeft betrokken.

benoemt tot deskundige die het onderzoek zal verrichten:
(....)
ECLI:NL:RBROT:2021:12152