Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Maastricht 191207 gemeente volledig aansprakelijk voor val van fiets door paaltje

Rb Maastricht 191207 gemeente volledig aansprakelijk voor val van fiets door paaltje
3.7 Tenslotte heeft de gemeente een beroep gedaan op de eigen schuld van [Eiseres sub 1], daartoe aanvoerende dat [Eiseres sub 1] niet de normale voorzichtigheid in acht heeft genomen die van haar onder de omstandigheden mocht worden verwacht, waardoor de eventuele schade primair volledig dan wel subsidiair deels voor rekening van [Eiseres sub 1] behoort te blijven op grond van artikel 6:101 BW.
De Gemeente grondt dit beroep op de schending van [Eiseres sub 1] van artikel 19 RVV, welk artikel bepaalt dat een bestuurder in staat moet zijn, zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij deze kan overzien en deze vrij is en zij plaatst deze verplichting in het licht van de parlementaire geschiedenis met betrekking tot de strekking van artikel 6:174 BW, die – kort samengevat – volgens de Gemeente inhoudt dat de weggebruiker bij de door hem in acht te nemen omzichtigheid er rekening mee moet houden dat de weg niet steeds in perfecte staat verkeert.
Dit betoog faalt. Het gaat in het onderhavige geval immers niet om een weg die niet in perfecte staat verkeerd en daardoor mogelijk gebrekkig is, doch om een weg die door de Gemeente zodanig is ingericht dat deze gevaar oplevert voor de weggebruiker en waarbij zij niet heeft voldaan aan haar zorgverplichting om de veiligheid van de verkeersdeelnemers door het nemen van voldoende beveiligingsmaatregelen te waarborgen.
De rechtbank overweegt en herhaalt onder verwijzing naar het hiervoor onder 3.2 reeds vermelde arrest van de Hoge Raad 20 maart 1992 dat de Gemeente bij de vraag of en zo ja, welke maatregelen ter waarborging van de veiligheid in een bepaalde situatie worden gevergd mede in aanmerking dient te nemen dat niet alle verkeersdeelnemers steeds de nodige voorzichtigheid en oplettendheid zullen betrachten.
Zo [Eiseres sub 1] dus al minder oplettend zou zijn geweest en die omstandigheid haar in de zin van artikel 6:101 BW toegerekend zou kunnen worden, dan valt deze fout, de wederzijdse fouten tegen elkaar afwegende, in het niet bij de falende zorgplicht voor de veiligheid van de Gemeente.
De rechtbank acht derhalve de Gemeente volledig aansprakelijk voor de uit het ongeval voortgevloeide en nog voort te vloeien schade.
LJN BC1654