Overslaan en naar de inhoud gaan

PHR 231222 AG Lindenbergh; letselschade huurder doordat hij een draaikiepraam uit kiepstand in draaistand heeft gezet, waarna het raam op zijn arm viel

PHR 231222 AG Lindenbergh; letselschade huurder doordat hij een draaikiepraam uit kiepstand in draaistand heeft gezet, waarna het raam op zijn arm viel

1Inleiding en samenvatting

1.1 Deze zaak betreft letselschade die een huurder heeft opgelopen doordat hij een draaikiepraam, dat in de kiepstand openstond, in de draaistand heeft gezet om het verder open te doen. Het raam is daarbij op zijn arm gevallen. De huurder heeft onder meer een verklaring voor recht gevorderd dat de verhuurder aansprakelijk is voor de door hem geleden schade, op grond van art. 6:174 BW dan wel art. 7:208 BW. Rechtbank en hof hebben de vorderingen van de huurder afgewezen. Het hof heeft geoordeeld dat in de gegeven omstandigheden niet is komen vast te staan dat het raam gebrekkig was in de zin van art. 6:174 BW, in essentie omdat voldoende is betwist dat het raam op normale wijze werd gebruikt. De daartegen gerichte klachten slagen mijns inziens niet.ECLI:NL:PHR:2022:1225