Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Noord-Holland 200116 regres wg-er; niet dragen autogordel is gemotiveerd betwist; geen gordelkorting

Rb Noord-Holland 200116 stuiting door slachtoffer werkt tevens ten behoeve van regresnemer; voorhands bewezen causaal verband whiplashklachten;
- niet dragen autogordel is gemotiveerd betwist; geen gordelkorting;
- schadebeperkingsplicht; van wg-er kan niet verwacht worden dat hij wn-er bij arbeidsongeschiktheid ontslaat zodra dat wettelijk mogelijk is

Eigen schuld

4.13.
[gedaagde 1] c.s. betogen dat er aanleiding is de vergoedingsplicht te verminderen wegens eigen schuld van [naam 1] nu zij tijdens de achterop aanrijding geen autogordel droeg. [eiseres] heeft dit gemotiveerd betwist. De rechtbank overweegt dat de stelling van [gedaagde 1] c.s. is gebaseerd op de opmerking in het proces-verbaal dat [naam 1] ten tijde van het ongeval geen gebruik had gemaakt van de autogordel omdat de autogordel na het ongeval strak gespannen stond langs de B-stijl van haar auto. [naam 1] heeft als getuige bij de rechtbank Rotterdam gemotiveerd verklaard wel degelijk een autogordel te hebben gedragen. In de door [eiseres] in het geding gebrachte rapportage van 18 december 2014 van [voorletters deskundige] [achternaam deskundige] wordt aan de hand van de foto’s van de auto van [naam 1] bij het proces-verbaal geconcludeerd dat de gordel niet strak, maar bol langs de stijl hangt, in tegenstelling tot de gordel aan de passagierszijde. Deze situatie past volgens [achternaam deskundige] bij de verklaring van [naam 1] dat zij de gordel heeft gedragen en deze na de aanrijding zelf heeft losgemaakt. Hiertegen hebben [gedaagde 1] c.s. onvoldoende ingebracht. Reeds om die reden ziet de rechtbank geen aanleiding om de vergoedingsplicht van [eiseres] te beperken in verband met eigen schuld van [naam 1] . Daarbij komt dat het verband tussen het niet dragen van een autogordel en de gestelde schade bij een achterop aanrijding niet zonder meer valt in te zien.

4.14.
[gedaagde 1] c.s. hebben zich er verder op beroepen dat [eiseres] de schadebeperkingsplicht heeft geschonden door het loon van [naam 1] langer door te betalen dan twee jaar, terwijl zij daartoe wettelijk niet gehouden was. Dit verweer slaagt niet. Een werkgever is weliswaar niet steeds gehouden een werknemer na twee jaar arbeidsongeschiktheid in dienst te houden, maar is evenmin verplicht deze werknemer te ontslaan. Het voert te ver om van een werkgever in het kader van de schadebeperkingsplicht te verwachten dat hij een werknemer bij arbeidsongeschiktheid ontslaat zodra daartoe wettelijk gezien de mogelijkheid bestaat. Er kunnen allerlei redenen zijn voor een werkgever om een arbeidsongeschikte werknemer langer in dienst te houden dan wettelijk vereist, onder meer op grond van normen van goed werkgeverschap of in verband met het verloop van de re-integratie. [eiseres] heeft toegelicht dat wel is gepoogd de aanstelling van [naam 1] op een eerder moment dan met ingang van 1 maart 2012 te beëindigen, maar dat dit ontslagbesluit is teruggedraaid na een door [naam 1] ingediend bezwaarschrift. Daaraan lag onder meer ten grondslag dat [naam 1] per 1 maart 2012 de pre-pensioenleeftijd zou halen; een belangenafweging is daarom uitgevallen in het voordeel van [naam 1] . Dat [eiseres] daarmee de schadebeperkingsplicht heeft geschonden, valt niet in te zien. Bovendien zouden [gedaagde 1] c.s. , als zij aansprakelijk zijn voor de inkomensschade van [naam 1] ook na een eventueel ontslag haar inkomensschade moeten dragen, zij het dat die dan niet door [eiseres] zou kunnen worden gevorderd.

Slotsom

4.15.
De rechtbank zal [gedaagde 1] c.s. toelaten tot bewijslevering. In afwachting daarvan wordt iedere verdere beslissing aangehouden. Vanzelfsprekend staat het partijen vrij om naar aanleiding van het hetgeen in dit vonnis is overwogen (nogmaals) met elkaar in onderhandeling te treden om te bezien of een schikking tot de mogelijkheden behoort.

ECLI:NL:RBNHO:2016:966