Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Den Bosch 230910 deelgeschilprocedure is niet bedoeld ter beslechting van geschil over kosten buiten rechte na ondertekening vso voor de overige schade

Rb Den Bosch 230910 deelgeschilprocedure is niet bedoeld ter beslechting van geschil over kosten buiten rechte na ondertekening vso voor de overige schade
Op 21 oktober 2008 heeft een ongeval plaats gevonden. [[verzoekster]] heeft daarbij letsel opgelopen en schade geleden, waarvoor [verweerder] aansprakelijk is gesteld. [verweerder] was voor het risico van wettelijke aansprakelijkheid verzekerd bij Noordhollandsche. Noordhollandsche heeft de aansprakelijkheid van [verweerder] erkend. Er zijn geschillen gerezen omtrent de omvang van de schade. Daarover hebben partijen gediscussieerd. Partijen hebben een vaststellingsovereenkomst gesloten in het kader waarvan [[verzoekster]] [verweerder] en Noordhollandsche finale kwijting heeft verleend voor de als gevolg van het ongeval geleden schade. Het contract is op 1 respectievelijk 4 juni 2010 ondertekend door [[verzoekster]] en Noordhollandsche. Artikel 5 van de overeenkomst luidt: "De redelijke kosten van rechtsbijstand ex artikel 6:96 lid 2 sub b en c BW maken geen onderdeel uit van deze overeenkomst. Die kosten worden separaat afgewikkeld".

Het verzoek
[[verzoekster]] verzoekt [verweerder] en Noordhollandsche te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 2.806,55 wegens kosten van rechtsbijstand en tot betaling van de kosten van de procedure op de voet van artikel 1019 aa Rv. [[verzoekster]] beroept zich op de vaststaande feiten en de in het verzoekschrift genoemde, hier als herhaald te beschouwen gronden. Kort samengevat stelt zij het volgende.
De kosten van rechtsbijstand bedragen € 2.806,55. [verweerder] en Noordhollandsche willen deze schadepost niet volledig erkennen.
Dit verzoek draagt bij aan de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst ter beslechting van het laatste, partijen nog verdeeld houdende geschil.

Het verweer
[verweerder] en Noordhollandsche concluderen tot afwijzing van het verzoek. [verweerder] en Noordhollandsche beroepen zich op de in het verweerschrift genoemde, hier als herhaald te beschouwen gronden. Kort samengevat stellen zij het volgende.
Het doel van deze bijzondere procedure is een bijdrage te leveren aan het bereiken van een minnelijke regeling. In dit geval hebben partijen al een minnelijke regeling. De deelgeschilprocedure is niet bedoeld voor de afdoening van dit soort geschilpunten.
[[verzoekster]] lijdt overigens geen schade wegens kosten van rechtsbijstand omdat zij een beroep heeft gedaan op haar rechtsbijstandverzekering. De door [[verzoekster]] genoemde aan de zaak bestede tijd en de gehanteerde tarieven zijn niet juist. [verweerder] en Noordhollandsche kunnen maximaal € 845,-- verschuldigd zijn.

De beoordeling van het verzoek

1. De als eerste te beantwoorden vraag is gezien het verweer van [verweerder] en Noordhollandsche of hier sprake is van een deelgeschil in de zin van artikel 1019 w Rv. Die vraag wordt ontkennend beantwoord.

2. De regeling van de deelgeschilprocedure is bedoeld om de afhandeling van letsel- en overlijdensschadeclaims in het buitengerechtelijke traject te bevorderen en partijen een instrument te geven om een impasse in de buitengerechtelijke onderhandelingen te doorbreken. Op grond van artikel 1019w kan aan de rechter een verzoek worden gedaan om te beslissen over een geschil omtrent of in verband met een deel van hetgeen er zake tussen hen rechtens geldt en waarvan de beëindiging kan bijdragen aan de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst over de vordering als bedoeld in artikel 1019x, derde lid, onder a.

3. In dit geval sloten partijen al een vaststellingsovereenkomst. Een beslissing op de in het verzoekschrift geformuleerde vordering van [[verzoekster]] om [verweerder] en Noordhollandsche te veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke kosten kan dus niet bijdragen aan de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst.

4. Dat het niet de bedoeling van de wettelijke regeling is dat wordt beslist op een verzoek als het door [[verzoekster]] gedane verzoek blijkt ook wel uit de artikelen 1019bb gezien in samenhang met artikel 1019cc Rv. Hoger beroep tegen de in het kader van een deelgeschil gegeven beslissing is uitgesloten. Slechts nadat in principale is geprocedeerd over het geschil met betrekking tot de geleden letselschade dat partijen verdeeld houdt kan van een beschikking op grond van de deelgeschilregeling hoger beroep worden ingesteld. De wetgever gaat dus heel nadrukkelijk uit van het nemen van een beslissing waarna partijen nader onderhandelen of zo nodig procederen over de resterende geschilpunten.

5. Gezien het vorenstaande wordt het verzoek van [[verzoekster]] afgewezen.

6. Gezien de aard van de procedure worden de kosten tussen partijen gecompenseerd in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
LJN BN8382