Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb A.dam 111109 whiplash; Smartengeld € 3000,00

Rb A.dam 111109 whiplash; Smartengeld € 3000,00
2.9.  [A] vordert € 10.000,- aan smartengeld. Fortis voert aan dat zij een bedrag van € 3.000,- redelijk vindt.

Nu [A] blijvend letsel heeft opgelopen als gevolg van het ongeval van 29 december 1999 komt haar naar het oordeel van de rechtbank een bedrag aan smartengeld toe. Bij het bepalen van de hoogte daarvan weegt de rechtbank mee dat [A] ten tijde van het ongeval 28 jaar was, dat zij een aantal maanden volledig arbeidsongeschikt is geweest en dat zij blijvende nekklachten en een bewegingsbeperking van de halswervelkolom aan het ongeval heeft overgehouden. Haar blijvende functionele invaliditeit is door [C] getaxeerd op 2%. Door het blijvende letsel is zij niet alleen beperkt in het verrichten van zware huishoudelijke werkzaamheden maar ook in het sporten. Gelet op de overige omstandigheden van het geval acht de rechtbank, in aanmerking genomen de smartengeldbedragen die in Nederland in vergelijkbare gevallen door de rechter worden toegekend, het door Fortis genoemde bedrag van € 3.000,- billijk. LJN BK7118