Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Den Haag 230117 Kosten gevorderd 23 uur x € 235 + 6% kantoorkosten +21% BTW, toegewezen 16 uur x € 235 + 6% kantoorkosten +21% BTW + griffierecht. Totaal € 5.110,58

Rb Den Haag 230117 Kosten gevorderd 23 uur x € 235 + 6% kantoorkosten +21% BTW, toegewezen 16 uur x € 235 + 6% kantoorkosten +21% BTW + griffierecht. Totaal € 5.110,58

Kosten deelgeschil
4.17.
Ingevolge artikel 1019aa lid 1 Rv dient de rechtbank de kosten bij de behandeling van het verzoek aan de zijde van de persoon die schade door dood of letsel lijdt te begroten, waarbij alle redelijke kosten als bedoeld in artikel 6:96 lid 2 BW in aanmerking worden genomen. Of de kosten redelijk zijn, hangt ervan af of het redelijk is dat de kosten zijn gemaakt en of de omvang van de kosten redelijk is.

4.18.
Uit de parlementaire geschiedenis volgt dat de kosten van de procedure ook voor vergoeding in aanmerking kunnen komen in geval van afwijzing van het verzoek. Dit is alleen anders indien de deelgeschilprocedure volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld. Nu gesteld noch gebleken is dat in dit geval van deze situatie sprake is, zal de rechtbank in het navolgende overgaan tot begroting van de kosten.

4.19.
Mr. Blok is, na een wijziging van zijn opgave ter zitting, van mening dat bij de begroting van de kosten – naast het griffierecht – rekening dient te worden gehouden met een totale tijdsbesteding van ongeveer 23 uur (10 à 11 uur voor het opstellen van het verzoekschrift, 4 uur voor het bestuderen van het verweerschrift, 5,5 uur voor de behandeling ter zitting (inclusief reistijd) en 3 uur voor overige werkzaamheden), een uurtarief van € 235,--, 6% kantoorkosten en 21% BTW. Mr. Gouweloos heeft bezwaar gemaakt tegen zowel de opgevoerde tijdsbesteding als het gehanteerde uurtarief.

4.20.
De rechtbank is evenals mr. Gouweloos van oordeel dat het aantal in rekening gebrachte uren bovenmatig is. Gezien de inhoud van het verzoekschrift en de mate van complexiteit van het deelgeschil acht de rechtbank het door mr. Gouweloos genoemde aantal van 16 uur in totaal voor deze procedure redelijk, zodat de rechtbank daarmee rekening zal houden. Wel acht de rechtbank het door mr. Blok ter zitting genoemde uurtarief van € 235,-- (exclusief 6% kantoorkosten) redelijk, zodat op dit punt niet tot matiging zal worden overgegaan.

4.21.
Gezien het voorgaande zal de rechtbank de kosten van deze procedure begroten op een bedrag van € 5.110,58 (16 uur x € 235,--, te vermeerderen met 6% kantoorkosten en 21% BTW en voorts te vermeerderen met het betaalde griffierecht van € 288,--).

4.22.
Nu de aansprakelijkheid van de ANWB niet is komen vast te staan, zal het verzoek van [verzoekster] om te bepalen dat de ANWB gehouden is tot voldoening van voornoemde kosten worden afgewezen. Ten overvloede merkt de rechtbank op dat het begrote bedrag uitsluitend verschuldigd is indien de aansprakelijkheid van de ANWB alsnog (in rechte) komt vast te staan. ECLI:NL:RBDHA:2017:1103