Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Noord-Holland 210716 matiging uren; 20 uren ipv 27 uren à € 250,00 (exl. btw en kantoorkosten), ivm eigen schuld 50% toegewezen

Rb Noord-Holland 210716 ongeval rechts inhalende motor en in tegengestelde richting rijdende fietser; reflexwerking 185 WVW; causale verdeling 50%; geen billijkheidscor. 
matiging uren; 20 uren ipv 27 uren à € 250,00 (exl. btw en kantoorkosten), waarvan 50% voor vergoeding in aanmerking komt

Kosten

4.12
[verzoeker] heeft verzocht [verweerder] en Delta Lloyd hoofdelijk te veroordelen in de kosten van dit deelgeschil, die kunnen worden begroot op € 6.825,- (27 uren maal € 250,- uurtarief), te vermeerderen met 6% kantoorkosten en btw. [verzoeker] heeft daarbij, onder verwijzing naar een uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant, opgemerkt dat bij de afwikkeling van de kosten geen rekening behoeft te worden gehouden met een percentage eigen schuld aan de zijde van [verzoeker] .

4.13
[verweerder] heeft betwist gehouden te zijn tot enige vergoeding van de proceskosten omdat hij niet aansprakelijk is voor de schade van [verzoeker] . Subsidiair heeft [verweerder] gesteld dat het aantal uren dat aan deze zaak is besteed buitensporig is en de dubbele redelijkheidstoets niet kan doorstaan. Bovendien is de urenspecificatie onnauwkeurig en niet gebaseerd op de tijdschrijfregels.

4.14
Artikel 1019aa lid 1 Rv bepaalt dat de rechtbank in de beschikking de kosten begroot bij de behandeling van het verzoek aan de zijde van de persoon die schade door dood of letsel lijdt en dat de rechtbank daarbij alle redelijke kosten als bedoeld in artikel 6:96 lid 2 BW in aanmerking neemt. De rechtbank is van oordeel dat het door de advocaat van [verzoeker] gehanteerde uurtarief niet bovenmatig is voor een in letselschade gespecialiseerde advocaat. De rechtbank ziet wel aanleiding om, gelet op de omvang en de complexiteit van het geschil, het opgevoerde aantal uren (27) te matigen. Daarbij heeft de rechtbank mede overwogen dat een inzichtelijke specificatie van de aan dit deelgeschil bestede uren ontbreekt en dat het overgelegde urenstaatje bij productie 21 daarvoor ontoereikend is.

De rechtbank zal de met de opstelling van het verzoekschrift en de behandeling van de zaak gemoeide kosten in redelijkheid begroten op een bedrag van € 5.000,- (20 uur maal € 250,-). Vermeerderd met kantoorkosten en btw en met het door [verzoeker] betaalde griffierecht komt dit in totaal neer op een te betalen bedrag van (€ 5.000,- maal 1,27 plus € 288,- =) € 6.638,-.

4.15
De rechtbank overweegt dat, indien de schadevergoedingsplicht op grond van artikel 6:101 BW evenredig met de mate van eigen schuld van de benadeelde wordt verminderd, ook de verplichting om de in artikel 6:96 lid 2 BW bedoelde kosten te vergoeden in beginsel in dezelfde mate verminderd dient te worden. Dit geldt ook voor de kosten van de behandeling van het deelgeschil, nu deze op grond van artikel 1019aa Rv hebben te gelden als kosten als bedoeld in artikel 6:96 lid 2 BW. Gelet op het hiervoor vastgestelde percentage eigen schuld van 50% komt de helft van de kosten van het deelgeschil, derhalve € 3.319,-, voor vergoeding door [verweerder] in aanmerking. ECLI:NL:RBNHO:2016:11535