Overslaan en naar de inhoud gaan

RBMNE 130922 kantonrechter acht verzoek, vanwege het ontbreken van een onafhankelijk medisch rapport, prematuur en nodeloos ingediend

RBMNE 130922 RBMNE kan causaal verband niet vaststellen obv informatie uit behandelende sector en bij tegengestelde adviezen medisch adviseurs
- kantonrechter acht verzoek, vanwege het ontbreken van een onafhankelijk medisch rapport, prematuur en nodeloos ingediend

1.2.
Na afloop van de zitting heeft de kantonrechter met toepassing van artikel 30p van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering mondeling uitspraak gedaan.

2
De beslissing

De kantonrechter:

2.1.
wijst het verzochte af.

3
De beoordeling

3.1.
De kantonrechter geeft hiervoor de volgende motivering.

3.2.
Het verzoek kan, gelet op de discussie over het causaal verband tussen letsel en ongeval, als deelgeschil worden behandeld.

3.3.
De zaak gaat over een eenzijdig ongeval dat heeft plaatsgevonden op 12 maart 2018 op de [straat] in [plaats] . [verzoeker] was op dat moment aan het werk voor [verweerster] en bestuurde een trekker met aanhanger, een ‘kipper’. Door een technisch mankement aan de trekker (stuur en remmen) heeft [verzoeker] een bocht niet (goed) kunnen nemen. Hij is vervolgens van de weg geraakt, tegen een boom gebotst en met zijn hoofd door de voorruit gegaan. [verzoeker] heeft hierdoor letsel opgelopen en ondervindt schade.

3.4.
[verzoeker] verzoekt de kantonrechter 1) te bepalen dat [verweerster] als werkgever aansprakelijk is voor zijn schade, 2) te bepalen dat de huidige gezondheidsklachten en daaruit voortkomende beperkingen, zoals geformuleerd in het hoofdstuk 1.3 van het rapport [onderneming] , het gevolg zijn van het ongeval, 3) te bepalen dat de arbeidsvermogensschade als gevolg van de verminderde mogelijkheid arbeid te verrichten het gevolg is van het ongeval en 4) [verweerster] te veroordelen in de kosten van dit deelgeschil van € 3.121,80 te vermeerderen met het griffierecht van € 85,00.

3.5.
Voor het eerste verzoek geldt dat de aansprakelijkheid van [verweerster] voor het ongeval dat [verzoeker] is overkomen niet in geschil is. [verweerster] erkent aansprakelijkheid op grond van artikel 7:658 BW. Er zijn geen andere belangen gesteld die toewijzing van het eerste verzoek rechtvaardigen. Het verzoek wordt afgewezen.

3.6.
Het tweede verzoek ziet op de vraag of er sprake is van causaal verband tussen de gestelde (rug)klachten en het ongeval. [verzoeker] vindt van wel en wijst naar het SEH-verslag (productie 3), een bericht van de bedrijfsarts (productie 4), een verslag van een consult bij een orthopedisch chirurg (productie 5), een second opinion van een orthopedisch chirurg (productie 6), een medisch advies van zijn medisch adviseur (productie 8), een rapport van [onderneming] (productie 9), een brief van zijn huisarts (productie 10) en een verzekeringsgeneeskundig rapport van het UWV (productie 11). [verweerster] betwist dat de gestelde rugklachten ongevalsgevolg zijn en baseert dat op een viertal medische adviezen van haar medisch adviseur (productie 1, 2, 4 en 6).
Bij deze stand van zaken waarin de medisch adviseurs van beide partijen van mening verschillen over de (medische) causaliteit is het voor de kantonrechter niet mogelijk aan uitspraak te doen over het causaal verband tussen de klachten en het ongeval. Daarvoor heeft de kantonrechter een onafhankelijk medisch rapport nodig. Het is, in ieder geval van deze rechtbank, vaste rechtspraak dat met enkel informatie uit de behandelend sector dat causaal verband niet kan worden vastgesteld. Ook het rapport van [onderneming] kan de kantonrechter niet gebruiken. Dit is een arbeidsdeskundig, en dus geen medisch, onderzoek ten behoeve van de re-integratie van [verzoeker] . Ook de UWV-beoordeling is niet bruikbaar, dat is een verzekeringsgeneeskundig rapport en heeft dus geen medische (orthopedische) invalshoek. Voor (uitgebreide) bewijslevering (door middel van een medische expertise) is in deze deelgeschilprocedure geen ruimte. Het tweede verzoek wordt daarom afgewezen.

3.7.
Dit geldt ook voor het derde verzoek te bepalen dat het ongeval voor [verzoeker] tot verlies aan verdienvermogen leidt. Om dat te kunnen beoordelen moet eerst duidelijkheid bestaan over het causaal verband tussen de klachten en het ongeval, dat is er op dit moment niet. Daarvoor moet eerst een medische expertise plaatsvinden. Eventueel zal zo’n medisch onderzoek gevolgd moeten worden door een verzekeringsgeneeskundig onderzoek naar welke beperkingen de klachten geven waarna een arbeidsdeskundige onderzoek zal moeten doen naar de (resterende) arbeidsmogelijkheden van [verzoeker] . Daarna wordt pas duidelijk of sprake is van verlies aan verdienvermogen.

3.8.
Dan moet de kantonrechter ook een beslissing nemen over de kosten van het deelgeschil. In principe moeten die kosten begroot worden. De kantonrechter vindt echter dat dit verzoek, vanwege het ontbreken van een onafhankelijk medisch rapport, prematuur en nodeloos is ingediend en begroot de deelgeschilkosten daarom niet.

3.9.
De kantonrechter geeft partijen uitdrukkelijk in overweging een gezamenlijke medische expertise in gang te zetten. ECLI:NL:RBMNE:2022:3731