Overslaan en naar de inhoud gaan

RBROT 080519 verzocht 23,7 uur x 240 x 1,06 x 1,21 = € 7.295,43; begroot en toegewezen obv 10 uur

RBROT 080519 wn-er komt met arm in kolomboormachine; gebrek aan wetenschap tzv toedracht wordt aan uitzendbureau toegerekend 
- verzocht 23,7 uur x 240 x 1,06 x 1,21 = € 7.295,43; begroot en toegewezen obv 10 uur

5.11

De kantonrechter dient op grond van artikel 1019aa lid 1 Rv de kosten van de procedure en daarbij ook de redelijke kosten als bedoeld in artikel 6:96 lid 2 BW in aanmerking te nemen. Bij de begroting daarvan dient de kantonrechter ook de dubbele redelijkheidstoets te hanteren; zowel het inroepen van de rechtsbijstand als de daarvoor gemaakte kosten moeten dus redelijk zijn. Dit betekent dat indien een deelgeschilprocedure volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld, de kosten daarvan niet voor vergoeding in aanmerking komen.

5.12
Niet gesteld kan worden dat de onderhavige procedure onnodig of onterecht is ingesteld. Wel ziet de kantonrechter, zoals door Port Montage verzocht, aanleiding om de proceskosten te matigen, nu de hoogte daarvan (deels) niet als redelijk kan worden aangemerkt. Daarbij is de kantonrechter met Port Montage van oordeel dat de door [verzoeker] opgevoerde tijdsbesteding bovenmatig is, rekening houdend met het in rekening gebrachte specialistentarief alsmede de omstandigheid dat geen sprake is van een bewerkelijke of complexe zaak. Een tijdsbesteding van 10 uur wordt redelijk geacht, zodat aan advocaatkosten toewijsbaar is € 3.078,24 (10 x € 240,- x 1,06 x 1,21) en € 81,- aan griffierecht. ECLI:NL:RBROT:2019:3704